de Volkskrant van 5 juli 1984, Kunst, recensie
ALWEER RELIGIEUS GETINTE COMPOSITIE
Werk van Manneke te goed
om meteen op te bergen
Haarlems Internationaal Orgelfestival. Programma: Buxtehude, Josquin, Senfl, Scheidt, Lübeck en Manneke. Uitvoerende: Cappella Amsterdam
o.l.v. Jan Boeke, Radio Blazers Ensemble, een ensemble van renaissance-instrumenten en Klaas Bolt, orgel. Plaats:
Haarlem, Sint Bavokerk.
Traditiegetrouw wordt in de maand juli het Haarlems Internationaal Orgelfestival gehouden. Het werd geopend
met orgelmuziek uit de barok, vocale muziek uit de renaissance, en een nieuw stuk van Daan Manneke voor
koor, blazers en orgel. Daarmee waren de drie voornaamste ingrediënten van het hele festivalprogramma
in één avond vertegenwoordigd.
Het grootste deel van het festival, dat dit jaar voor de 34-ste keer wordt gehouden, bestaat zoals
gewoonlijk uit recitals van internationaal befaamde organisten, waarin het repertoire uit de Duitse barok
de hoofdmoot vormt. Bach is het regelmatig terugkerend steunpunt, met Spaanse barok en Franse romantiek
als voornaamste tegenpolen. Deze concerten worden afgewisseld met enkele anderssoortige programma's,
waaronder een concert door clavecinist Bob van Asperen en een optreden van het Britse zangerskwartet
The Scholars.
Sinds een paar jaar heeft ook de eigentijdse orgelmuziek een vaste plaats in het Haarlemse
festival-programma. Recent werk van onder anderen Arvo Pärt, Wim de Ruiter en Morton Feldman
is te horen op 20 en 21 juli. De organisatie meldt dat deze traditie volgend jaar wordt verstevigd:
jonge binnen- en buitenlandse componisten zullen worden opgeroepen nieuw orgelwerk in te zenden, via een
samenwerkingsproject met de organisatie voor eigentijdse muziek Gaudeamus.
Eigentijds
Van religieuze titels kijkt de doorgewinterde orgelliefhebber niet op. Maar opvallend is, los van het
van oudsher kerkgebonden repertoire, dat ook steeds meer eigentijdse componisten belangstelling opvatten
voor onderwerpen van religieuze herkomst.
De Amerikaanse minimalist Steve Reich baseerde zijn Tehillim voor gemengd ensemble (niet lang geleden in
Nederland te horen) op teksten uit het bijbelse Hooglied.Nog geen twee weken geleden werd de bijbelse trilogie van
Ton de Leeuw, Car nos vignes... (etcetera) voor het eerst in zijn geheel uitgevoerd. Ditmaal was
Daan Manneke aan de beurt met weer een andere compilatie van bijbelteksten: Trans voor koor, acht
blazers, en orgel. Niet te verwarren met het gelijknamige orkestwerk van Stockhausen.
Het bindenden element in Mannekes tekstkeuze is "water". Allerlei aspecten daarvan komen aan de orde in fragmenten
met onderwerpen als (uiteraard) schepping, zondvloed en Jonas, maar ook in teksten uit Hooglied, Psalmen,
Openbaring, Job en Jesaja. Alles in het Latijn.
De klank van Mannekes muziek is allerminst waterig. Binnen elk van de twaalf duidelijk onderscheiden delen
van Trans heerst een gelijkblijvend klankgemiddelde, dat in de verte doet denken aan dat van De Staat
van Louis Andriessen, maar dan minder ruig en direct. De wat omfloerste klank bij Daan Manneke komt vooral voort uit het
overigens bescheiden aandeel van het orgel, dat in lange gedempte akkoorden de muziek ondersteunt.
Trans bevat verschillende toespelingen op stijlen en vormen uit vroeger eeuwen, conventionele trekjes die het
stuk bijna naadloos deden aansluiten op de rest van het programma. Hoogtepunt is een Hooglied-madrigaal, waarin de
lente en de liefde worden bezongen in oorstrelende harmonieën. Haarscherp geïntoneerd door Cappella Amsterdam, het
(semi-professionele) koor waarvoor Manneke het stuk heeft geschreven. Direct hierop volgt echter een monotoon mannen-spreekkoor,
de zwakste passage van het stuk. Duidelijk komt hierin het belangrijkste euvel van Daan Mannekes Trans aan het licht: de wat
eenvormige declamatie.
Profiel
Dirigent Jan Boeke wist aan de uitvoering desondanks een zeker ritmisch profiel mee te geven en hield de
dreigende drammerigheid op een afstand. De door Manneke beoogde ruimtelijke aspecten van Trans
kwamen niet erg uit de verf. Vermoedelijk was het podium in de Sint Bavo te klein. Hopelijk komt de
bedoelde meerkorigheid in een volgende uitvoering ook voor het oor tot stand. Trans is te goed
om na één uitvoering in de kast te verdwijnen, al is het misschien geen super-origineel
werkstuk.
De Josquin-motetten die vor de pauze ten gehore werden gebracht lieten zich wat tekst betreft fraai
combineren met het werk van Manneke, maar werden wat traag gezongen. Beter klonk het meerstemmige
Magnificat van Senfl.
Organist Klaas Bolt liet in werken van Buxtehude, Scheidt en Lübeck gedegen orgelspel horen,
maar leek wat te veel uit op een demonstratie van de verschillende mogelijkheden van het Müller-orgel.
Ook vanavond zal een viertal organisten de riskante verlokkingen van dit sublieme orgel het hoofd
moeten bieden tijdens het jaarlijks terugkerende improvisatie-concours. Dit evenement, dat als hoogtepunt van het
orgelfestival wordt beschouwd, wordt rechtstreeks door de NCRV-radio uitgezonden.
© Frits van der Waa 2006