de Volkskrant van 24 november 1986, Kunst, recensie
Mahler-feuilleton eindigt in knoeiboel
Brabants Orkest/Gelders Orkest: Mozart, Mahler/Carpenter. Dirigent: Theodore Bloomfield. In: Casino,
Den Bosch. Herhalingen: Arnhem (25), Eindhoven (27), Nijmegen (30/11). Radio: 30 december, 20.00 uur,
Radio 4.
Het Mahler X-project is net een feuilleton. Wat vooraf ging: een internationaal symposium vol verdeelde
meningen over het bewerken van Gustav Mahlers onvoltooide Tiende Symfonie. Het Concertgebouworkest met
een tegenvallende vertolking van Deryck Cookes uitwerking. Vervolgens baarde het Radio Filharmonisch
Orkest opzien met een spetterende, maar incomplete versie door Remo Mazzetti. Vol spanning keek het
publiek uit naar de derde Tiende...
Voor de uitvoering van Mahlers Tiende in de bewerking van de Amerikaan Clinton A. Carpenter hebben
het Brabants en het Gelders Orkest de krachten gebundeld. Het concert in de met purper kamgaren
omwikkelde akoestiek van het Bossche Casino werd geleid door Carpenters landgenoot Theodore Bloomfield
en overtrof alle verwachtingen.
Hier past slechts nog medelijden. Medelijden voor Mahler, wiens schets door Carpenter met allerlei
toeters en bellen is behangen. Medelijden voor Carpenter zelf, wiens werkstuk, het resultaat van
tientallen jaren ploeteren, zo krakend en piepend werd uitgevoerd. En medelijden voor de musici,
opgezadeld met een vreemde Mahler-grabbelton en een niet op zijn taak berekende dirigent.
Carpenter raast als een dronken automobilist door Mahlers oeuvre. Mahlers noten staan er nog, maar
er is van alles bij gecomponeerd en de van de hak op de tak springende instrumentatie zet de samenhang
op losse schroeven.
Hier en daar is er in Carpenters knoeiboel nog wat positiefs te bespeuren: een enkele fraai gekozen
instrumentatie, of een interessante interpretatie van een door Mahler rudimentair opgetekende muzikale
spanningsboog. Maar het totaal-effect is dat van een lachspiegel. Een spiegel die ook de groteske
kantjes van de Mahler X-onderneming genadeloos weerkaatst.
Het nu voltooide Mahler-drieluik, gevormd door de versies van Cooke, Mazzetti en Carpenter, toont
aan hoe overbodig verder gesleutel aan Mahlers Tiende-schets is. Het bouwplan ligt op tafel, maar het
stuk is niet af, en iedereen koestert zijn eigen speculaties over de manier waarop Mahler de hiaten
gevuld zou hebben. Mazzetti, wiens voltooiing in het komende concertseizoen alsnog integraal zal worden
uitgevoerd, geeft dan wel een competente en overtuigende visie op hoe-het-had-kunnen-klinken, maar laat
voor zulke speculaties geen ruimte.
De Cooke-versie, kaal en onbevredigend als ze voor sommigen is, heeft als grote verdienste dat ze de
schets bevredigend tot klinken brengt en toch de fantasie niet meer dan een opstapje biedt.
En Carpenter? Mahler zou zich in zijn graf omdraaien. En de inmiddels overleden Deryck Cooke ook.
© Frits van der Waa 2006