Ravel glashelder en evocatief onder
Fournet
Landowski en Ravel door het Residentie Orkest, koren en
solisten o.l.v. Jean Fournet. Dr. Anton Philipszaal, Den
Haag.
Het Residentie Orkest heeft de problemen die ontstaan zijn door
het onverhoedse vertrek van Alain Lombard, vaste gastdirigent van
het gezelschap, goed op weten te vangen. In plaats van Lombard
verscheen donderdag en vrijdag Jean Fournet op het podium om het
orkest aan te voeren in Ravels l'Enfant et les
Sortilèges en de Messe de l'aurore van Marcel
Landowski. Fournet is inmiddels 76 jaar oud en al een halve eeuw
specialist op het gebied van de nieuwe Franse muziek. Dus dat zat
wel goed.
Het is nogal een onderneming om l'Enfant et les
Sortilèges, Ravels schitterende operaatje over een
boze kinderdroom, op de planken te zetten, zelfs al doe je het in
concertante vorm. Het Residentie Orkest deed het met acht
solisten, en dat is, gezien de vele dubbelrolletjes, om en nabij
het minimum. Onder de diverse bekwaamheden die het achttal
tentoon spreiddde trokken vooral de charme van Young-Hee Kim
(herderinnetje, uiltje, vleermuis) en de virtuositeit van
Elizabeth Vidal (vuur, prinses en nachtegaal) de aandacht.
Voorts is er een koor nodig dat het herdersvolk, de kikkers,de
beesten en de bomen aan het zingen moet krijgen, terwijl de
cijfer-plaaggeestjes uit het sommenboek vertolkt worden door een
kinderkoor. De Rotterdamse Laurens Cantorij,het Kamerkoor van het
Rotterdams Conservatorium en het Jongenskoor van de Haarlemse St.
Bavo kweten zich glorieus van die niet altijd even makkelijke
taak.
Het orkest bleef daarbij niet achter. Het kan ook haast niet
anders, want het stuk is zo betoverend, zo bondig en beeldend,
dat moet wel het beste in iedere musicus losmaken. Het enige
euvel in deze voorbeeldige uitvoering was een balansprobleem in
de sterke passages, waar vooral het slagwerk te zeer domineerde.
Fournet is waarschijnlijk nog niet voldoende vertrouwd met de
gulle akoestiek van de Anton Philipszaal.
In de Messe de l'aurore, in 1976/77 gecomponeerd door
Fournets land- en generatiegenoot Marcel Landowski, deed het
probleem zich niet voor, hoewel de bedwelmende klankmassa's daar
licht aanleiding toe hadden kunnen geven. In Landowski's
dageraad-mis, een soort van eigentijdse geloofsgetuigenis op
tekst van Pierre Emmanuel, vermengen zich vloeibare vocalen,
murmelende melodieën, orgelend koper en sussende strijkers
tot een zwoel en zwemmerig klankbad met veel overmatige
drieklanken. Erg mooi, erg knap, maar toch maar even goed tanden
poetsen, na zo veel roomsoes en suikerspin.
© Frits van der Waa 2006