Home
Vertalingen
Stukken
Strips
Genealogie
CV
Links
Zoek

de Volkskrant van 27-01-1997, Pagina 8, KUNST, recensie

Stadsdromen verbeeld met hechte akkoordzuilen

Werk van Peter-Jan Wagemans e.a., door Percussive Rotterdam. Zaal de Unie, Rotterdam, 23 januari.
Werk van Jan Rokus van Roosendael e.a. door het Radio Kamer Orkest o.l.v. Peter Eötvös. Concertgebouw, Amsterdam, 25 januari. Radio 4: 28/1, 20.002 uur.

Dromen mag weer. Impressionisme mag weer. Schilderen in muziek, ga je gang. Zoals Smetana zijn Moldau schreef en Liszt een Hunnenschlacht, zo zetten hedendaagse componisten weer naar hartelust werkelijk waargenomen of imaginaire beelden om in klank.

Daar komt soms heel wat bij kijken. Peter-Jan Wagemans filterde zijn herinneringen aan eenzame wandelingen door grote steden tot een zevendelige compositie, Urban Dreams. Het filter dat hij hanteerde paste nauwelijks in de Rotterdamse Zaal de Unie: een gigantisch arsenaal aan slagwerk, dat wonderlijk in tegenspraak was met het overwegend bescheiden, gedempte karakter van de muziek.

Wagemans' muziek kenmerkt zich door een grillige, maar uitgebalanceerde afwisseling van intuïtieve en methodische elementen. Zo ook Urban Dreams. Sommige delen zijn hecht en hectisch, andere extreem kort en verstild. Nu eens richt Wagemans een staketsel van grote metalen akkoordzuilen op, dan weer moet er op flessen geblazen of met opwindspeelgoed gewerkt worden. Het is de logica van de droom, maar op een of andere manier klopt het wel allemaal.

Meer van dergelijke geheel of gedeeltelijk tot abstracte klank verheven visioenen vielen zaterdag te beluisteren bij de wekelijkse Matinee in het Concertgebouw. De ene componist schonk het publiek een blik op de hele wereld door een serie vensters, de andere liet een spel van schimmen en schaduwen los in de zaal, en de derde componeerde een gefantaseerde optocht.

Bij dit soort stukken geldt iets dergelijks als bij schilderkunst: hoe realistischer de werkelijkheid wordt nagebootst, hoe 'inhoudslozer' de afbeelding. Het slot van Jan Rokus van Roosendaels nieuwe werk Windows heeft dan ook iets flauws: de muzikale wereldreis eindigt niet alleen met grootstedelijk klokgebeier, maar er klinkt zelfs een wegzakkende trombonependel, als de sirene van een verre politie-auto, compleet met Doppler-effect. Geestig, maar net iets te ondubbelzinnig.

Een veel werkzamer vondst van Van Roosendael was het idee om de dirigent tot co-slagwerker te bombarderen. Zo sloeg Peter Eötvös, omringd door trommels en bekkens, letterlijk met een klap de vensters open en dicht waardoor Van Roosendael een aantal duidelijk onderscheiden klankspinsels laat binnenwaaien, die refereren aan diverse soorten niet-westerse muziek.

Binnen die geleding, die voortdurend overzichtelijk blijft - er zijn zelden meer dan drie gegevens tegelijk in het spel -, weet de componist een boeiende ontwikkeling op gang te brengen. Die bereikt haar hoogtepunt in een stuwend onderdeel vol pulserende, ritmische patronen van Afrikaanse snit. Opvallend is de bekwaamheid waarmee Van Roosendael zijn grondstoffen omsmeedt tot een eigen product. Als hij zich ergens in verliest, is het niet in loos exotisme, maar in Stravinsky-echo's.

Eötvös dirigeerde tevens een werk van eigen hand, Shadows, waarin fluitiste Dagmar Becker en klarinettist Wolfgang Meyer elkaar menigmaal hoorbaar schaduwden, ingebed in de van lichtflitsen doorschoten nevels van het orkest. Het is een evocatief stuk, temeer daar Eötvös behoedzaam omspringt met het geluidsvolume. Vooral de in een onwerelds diep register gevatte opening van het derde deel, dat wat minder bescheiden is dan de voorgaande twee, was verrassend subtiel.

Harrison Birtwistles Endless Parade, met een uitmuntend gespeelde solopartij van trompettist Håkon Hardenberger, is een stuk met een scherp gesneden, maar Babylonische klank en een vrijwel niet aflatende, ten slotte zelfs koortsachtige energie. Het was een zonderling, maar effectief besluit om dit werk vrijwel naadloos te laten volgen door Angels, een kort stuk uit 1938 van de Amerikaan Carl Ruggles, dat door zeven zwaar gedempte koperblazers vanaf het balkon ten gehore werd gebracht.


© Frits van der Waa 2006