de Volkskrant van 16-05-1997, Pagina 12, Kunst, recensie
Stravinsky zou gevallen zijn voor 'Rake' van OT
The Rake's Progress, van Igor Stravinsky, door het Onafhankelijk
Toneel o.l.v. Mirjam Koen, Gerrit Timmers en Lucas Vis. Schouwburg,
Rotterdam, 14 mei. Herhaling: 16, 18, 20, 22, 24 mei.
Het Onafhankelijk Toneel begint langzamerhand zowaar een factor van betekenis
te worden binnen de Nederlandse operacultuur. Het is daarbij eerder de
kwaliteit dan de kwantiteit die telt: de vorige operaproductie van het OT,
een schitterend vormgegeven L'incoronazione di Poppea, dateert al van 1993.
Mirjam Koen en Gerrit Timmers weten hun repertoire te kiezen. Stravinsky's
The Rake's Progress is een van de onverslijtbare klassiekers uit het genre,
ook al is het werk nog nog geen halve eeuw oud. Het is een opera over opera:
Stravinsky en zijn librettist W. H. Auden hebben de theatrale en muzikale
ingrediënten van een achttiende-eeuwse opera op een virtuoze manier
hergebruikt en daarmee eigenlijk een lans gebroken voor de geldigheid van die
oude, traditionele vormen, die in de loop van de negentiende meer en meer
uitgebannen waren.
Het verhaal is gebaseerd op het Faust-gegeven, en beschrijft hoe de 'rake'
(losbol) uit de titel, Tom Rakewell, door de duivel, alias Nick Shadow, op
het slechte pad wordt gebracht. Hij verzaakt zijn verloofde, Anne Trulove,
komt in een bordeel terecht, huwt Baba de Turk, de vrouw-met-de-baard, steekt
al zijn geld in een door Nick uitgevonden machine om stenen in brood te
veranderen, en gaat natuurlijk failliet. Het hoogtepunt van de opera is de
kerkhofscène waarin hij met Nick kaart speelt om zijn ziel. Hij wint,
maar Nick slaat hem met waanzin en Tom eindigt in het gekkenhuis.
Dit alles is door Stravinsky in een 'neoklassiek' muzikaal gewaad gestoken,
compleet met aria's en door klavecimbel begeleide recitatieven. Het verhaal
speelt zich officieel af in de achttiende eeuw, maar is eigenlijk van alle
tijden. Koen en Timmers situeren de handeling in het heden, met behulp van
een stijlvolle dosis lichtreclames en CNN, maar doen de geest van de opera
daar geen moment geweld mee aan. Integendeel: het net als in Poppea prachtig
uitgevoerde decor, een regelrechte liefdesverklaring aan het ambacht van
schrijnwerker, verwijst juist weer terug naar het verleden. Het in blank hout
uitgevoerde kerkhof zou zo gebruikt kunnen worden in een Don Giovanni. En
alle toegevoegde vondsten en grapjes, ook de actuele, sluiten op een
volstrekt natuurlijke wijze aan bij het verhaal. Zo wordt de broodmachine met
een zapper bediend en zien we op een tv hoe Tom allerlei objecten in broden
verandert.
Maar de kracht van de voorstelling schuilt evenzeer in het hoge niveau van de
zangers, en de voortreffelijke prestaties van het Nederlands Ballet Orkest
dat onder aanvoering van Lucas Vis al Stravinsky's ritmische puzzelstukjes
met precisie en toch met esprit op zijn plaats past. Het speciaal voor deze
productie samengestelde koor is ongewoon goed, en kwijt zich met energie,
maar zonder opzichtig gedoe, van zijn uiteenlopende taken als
nachtclubbezoekers, veilingpubliek en krankzinnigen.
Thomas Randle, gezegend met een jeugdige, krachtige stem, en ook met een
aanzienlijk acteertalent, is een perfecte Tom Rakewell. Zijn tegenspeler
Hubert Claessens heeft helaas te veel van een Joris Goedbloed om werkelijk te
overtuigen als duivel. Machteld Baumans daarentegen weet de naar verhouding
eenzijdige Anne-partij vele boeiende schakeringen te ontlokken. Onder de
kleinere partijen valt speciaal Nico van der Meel op, die een glansrijke duit
in het zakje doet als de veilingmeester Sellem.
Maar de ster van deze enscenering, naast Randle, is de Poolse countertenor
Artur Stefanowicz als Baba de Turk. Het is hoe dan ook een meesterlijke
ingreep van Koen en Timmers om deze mezzosopraanpartij door een man te laten
zingen. De hiermee geïntroduceerde sekse-ambiguïteit is immers bij
uitstek een kenmerk van de achttiende-eeuwse opera - denk maar aan de
castratenrollen. Stefanowicz laat horen hoe ongelooflijk de vooruitgang is
die er de afgelopen jaren is geboekt op countertenor-gebied. Vooral in de
woede-aria Scorned! Abused! Neglected! Baited! is de diva die hij neerzet
even naturel als zijn baard. De oude Igor zal dit nooit voorzien hebben, maar
het lijdt geen twijfel dat hij voor hem/haar gevallen zou zijn.
© Frits van der Waa 2006