de Volkskrant van 17-11-1997, Pagina 9, Kunst, recensie
Gravin vertoont nukken onder een kokosmakroon
La Finta Giardiniera, opera van Mozart, door Opera Zuid, o.l.v. Keith
Warner en Lionel Friend. Theater aan het Vrijthof, Maastricht, 15 november.
Herhaling: Rotterdam (18), Den Bosch (20), Sittard (22), Utrecht (25),
Tilburg (27), Eindhoven (29/11), Breda (2), Venlo (4) en Heerlen (6/12).
Het
pad van een operaregisseur gaat niet over rozen. Want er zijn nogal wat
opera's die een stevige dosis onzin bevatten, en het talent om die onzin
zinvol te maken is niet iedereen gegeven.
Mozarts La Finta Giardiniera is typisch zo'n opera die zich afspeelt op de
grens van raak en doe-maar-raak. Mozart schreef het werk op de in zijn geval
niet heel prille leeftijd van achttien jaar. Het libretto is vermoedelijk van
de hand van Giuseppe Petrosellini, en behandelt de lotgevallen van ene gravin
Violante, die lang voor de opera begint door haar gemaal, graaf Belfiore, is
neergestoken. Belfiore denkt dat hij haar vermoord heeft en weet niet dat ze
onder het pseudoniem Sandrina werkzaam is als tuinierster. Maar natuurlijk
lopen ze elkaar weer tegen het lijf, en dan blijkt dat het tweetal nog steeds
van elkaar houdt. Het probleem is alleen dat Belfiore het inmiddels heeft
aangelegd met een zekere Arminda. Violante houdt daarom vol dat ze niet de
doodgewaande gravin is.
Tot dusver is alles logisch, voor een opera althans. De onzin begint wanneer
Violante toch haar ware identiteit prijsgeeft, maar dan prompt weer
terugkrabbelt, en, erger, dit kunstje enige malen herhaalt. De librettist
heeft namelijk geen andere manier weten te vinden om de intrige op gang te
houden. Ga er als regisseur maar aan staan om dergelijke nukken psychologisch
te duiden.
Dat heeft de Engelse regisseur Keith Warner, die het werk voor Opera Zuid op
de planken heeft gezet, maar niet geprobeerd. Hij heeft het stuk doodgewoon
een beetje aangekleed, uitgaand van de ietwat voor de hand liggende gedachte
dat het zich wel eens in een tuin zou kunnen afspelen. Vandaar dat er veel
met potplanten en gietertjes wordt gehannest. Maar groene vingers heeft
Warner bepaald niet - zie bijvoorbeeld zijn poging om 'verwarring' uit te
beelden door zijn figuren zichzelf kalmpjes in klimopranken te laten
wikkelen.
Voorspelbaarheid is troef in deze Giardiniera. Het begint er al mee dat alle
zeven personages tijdens de ouverture langs komen draven - een gehol dat ze
de hele opera volhouden, zo gauw ze een maat rust hebben. Mozart noemde zijn
opera een dramma giocoso, maar alle potentiële grappen worden zo
opzichtig voorbereid en vervolgens herkauwd dat er geen kraak of smaak meer
aan is.
Van karaktertekening komt in zo'n context natuurlijk niet veel terecht.
Toegegeven, de Engelse sopraan Anne Dawson (Violante) weet gelukkig wat van
haar rol te maken, gesteund door een innig en expressief geluid, en dankzij
het vermogen van de componist om de ontroeringen van de liefde in al hun
schakeringen te bezingen. De overige zangers zijn niet kwaad gebekt, maar
blijven steken in het neerzetten van typetjes. Dat het Limburgs Symphonie
Orkest onder aanvoering van Lionel Friend niet verder komt dan een ritmisch
accurate, maar overigens nogal grove benadering van de partituur maakt het er
niet beter op.
Binnen het beperkte budget dat Opera Zuid ter beschikking staat, hebben de
vormgevers zich aardig weten te redden. Twee kale, wijkende wanden bieden een
multifunctioneel doorkijkje op een hemel waarin op een gegeven moment een
reusachtige kokosmakroon van een maan verschijnt. Ook het hunebed waarop
Violante zich te rusten legt is een bezienswaardigheid. De uitgekiende
belichting van Allen Hahn is een lust voor het oog - eigenlijk het enige wat
echt deugt aan deze voorstelling.
© Frits van der Waa 2006