de Volkskrant van 28-02-1998, Pagina 11, Kunst, recensie
Elektronica verovert het podium
Werk van Tadini, Waisvisz, Boddendijk en Francesconi, door het
Nieuw Ensemble o.l.v. Micha Hamel. 26 februari, Paradiso, Amsterdam.
'De elektronische muziek ontwikkelt zich in sneltreinvaart tot podiumkunst',
stelt het Nieuw Ensemble in zijn voorwoord bij het deze week uitgevoerde
programma Controllers' Magic. En dat zijn geen loze woorden, zo demonstreerde
het gezelschap aan de hand van vier nieuwe stukken van Italiaanse en
Nederlandse bodem, het resultaat van een samenwerking met de studio's STEIM
(Amsterdam), AGON en Azzurro (Milaan).
Het probleem dat de live-elektronica meer dan een kwart eeuw beheerst heeft -
de drempel tussen de levende klank en de steriele luidspreker - is nagenoeg
weggevaagd door de ontwikkelingen op computergebied. Waar klankbewerking in
real time nog niet zo lang geleden gold als een wapenfeit is het nu een
vanzelfsprekendheid geworden. En daarmee hebben componisten eindelijk de
handen vrij om muziek te maken die ontstijgt aan de gimmick, en er desgewenst
een visuele laag aan toe te voegen.
Dat maakt dit genre van muziek inderdaad tot ware 'podiumkunst', waarin de
handeling een essentieel onderdeel is van de uitvoering. De radio-uitzending
van dit concert (datum vooralsnog onbekend) zal dan ook per definitie een
incompleet verslag opleveren.
Dat geldt vooral voor het werk van Michele Tadini en Luca Francesconi, waarin
een nauwe verbinding ontstaat tussen de klank en de op groot scherm
geprojecteerde videobeelden. In Tadini's Teatro II worden de beelden
aangestuurd door de muziek. Zoals atoomfysici het spoor van neutronen
zichtbaar maken in een nevelvat, zo laten de tonen hier hun spoor na als
bewegende, abstracte, zwart-witte lijnen en blokken, om dan weer te
vervloeien tot fractal-achtige patronen. Het beeld is vooral illustratief, en minder wezenlijk voor het werk dan de
vrijwel naadloze fusie tussen instrumentale en elektronische klank, die
Tadini in een aanketening van verschillende instrumentencombinaties en sonore
texturen op allerlei manieren uitbuit.
Luca Francesconi, een graag geziene gast bij de Nederlandse ensembles, gaat
beduidend verder in zijn Lips, Eyes, Bang, een waar theaterwerk,
geïnspireerd op het verhaal van Dido en Aeneas. De hoofdpersoon is een
vrouw die zich na haar zelfmoord richt tot de geliefde die haar verlaten
heeft. Het werk dankt zijn kracht mede aan de schitterende performance van
Phyllis Blanford, die de veelal gesproken solopartij niet alleen tal van
schakeringen ontlokt, maar bovendien kracht bijzet met een welsprekende
gezichtsmimiek. Beelden van haar gelaat, in soms extreme close-ups gefilmd,
vormen de grondstof voor de dikwijls ingrijpend bewerkte, maar evocatieve
videobeelden. Francesconi heeft de muzikale component - zeker vergeleken met
zijn overige werk - terughoudend gedoseerd, maar dat draagt alleen maar bij
aan de kracht van deze multidisciplinaire poëzie.
De bijdrage van Michel Waisvisz, voorman van STEIM, pionier van de
live-elektronica en uitvinder van De Handen, heeft als titel MoonootoonooM,
en doet die naam helaas eer aan. Waisvisz gebruikt zijn in wezen zo
veelzijdige Handen hier voornamelijk om klanken 'af te tappen' bij de musici,
die hij dan in een repeterende 'lus' tot decor voor volgende noten maakt -
een elektronische canontechniek die (bijna) zo oud is als de weg naar Rome.
Florentijn Boddendijks Door gevaarlijke gekken omringd (vernoemd naar een
bundel van W.F.Hermans) is een stuk opwindender. Boddendijk, soliërend
op de onzichtbare snaar van zijn laserharp, leek zelf overigens de
gevaarlijkste gek in zijn van hot naar her zappende compositie. Door het hoge
gehalte aan samples ligt het gimmick-effect op de loer, maar desondanks
vertoont het stuk afgebakende contouren en verraadt het spel met de noten de
hand van een componist die niets aan het toeval overlaat.
© Frits van der Waa 2006