de Volkskrant van 06-12-2003, Pagina 7, Kunst, Recensie
Geestig eerbetoon aan Frank Zappa
Werk van Zappa, Van Binsbergen, Eötvös, Bates en Kruisselbrink, door het Asko Ensemble o.l.v. Etienne Siebens. 4 december, Paradiso, Amsterdam. Herhaling: Enschede (6/12). Radio 4: 10/12, 20.35 uur.
Met zigzaggende melodielijnen, stuwende ritmes en pompende bassen bracht het Asko Ensemble donderdag een hommage aan Frank Zappa, ter gelegenheid van diens tiende sterfdag. De dood van de geniale pop-artiest, componist en satiricus wordt vooral in West-Europa herdacht: op hetzelfde moment speelde het Symfonieorkest van Wuppertal een Zappa-programma, en in Harderwijk blijven de festiviteiten rond de Zappa Memorial Day in gang tot zondagavond.
Het Asko heeft er werk van gemaakt. Naast een aantal nieuwe bewerkingen van composities van de meester bevat het programma, dat vanavond wordt herhaald in Enschede, vier stukken van min of meer geestverwante componisten. Twee daarvan zijn speciaal voor deze gelegenheid geschreven.
Het geestigste eerbetoon komt van Astrid Kruisselbrink, die in haar The Statue of a Libertine listig allerlei tekstuele en muzikale referenties aan Zappa's oeuvre heeft verwerkt, en toch een heel eigen idioom hanteert. Bariton Marc Pantus komt sterk voor de dag, en ook de musici mogen meezingen. Pantus is samen met trompettist Marco Blaauw tevens te horen in het polystilistische Snatches of a Conversation van Peter Eötvös. Blaauw schittert in de solopartij, die geschreven is voor een trompet met een dubbele beker. Door het gebruik van verschillende dempers kan daarmee pijlsnel tussen verschillende timbres 'geschakeld' worden.
The Magic Sock (Music for an Imaginary Roadmovie), een vijfdelige suite van Corrie van Binsbergen, is bijna griezelig om te horen, zo kundig weet de componiste het typische Zappa-idioom te hanteren. Some more upsets van Django Bates, een uit zijn voegen barstend funky pandemonium, is daarentegen vooral op de jazz geënt.
Maar de hoofdschotel zijn toch de zes stukken van Zappa zelf en dat zijn niet de geringste. Het Asko heeft namelijk uitsluitend geput uit de composities die hij in de jaren tachtig maakte met behulp van een Synclavier-computer, waardoor hij niet langer aan de beperkingen van levende instrumentalisten gebonden was. De signatuur van de bewerkers schemert door de Zappa-noten heen. Ron Fords versie van Night School is prachtig van kleur en Van Binsbergen is hoe kan het anders stijlzuiver in Outside Now Again. Maar het meest overrompelend is Bates' versie van Jazz from Hell, een stuk met niet bij te benen, door het hele register schietende noten. De Asko-musici leverden hiermee een werkelijk herculische prestatie.
Link: Alle stukken over FZ op deze site op 1 webpagina
© Frits van der Waa 2006