Home
Vertalingen
Stukken
Strips
Genealogie
CV
Links
Zoek

de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 17 april 2008 (pagina K18)

Visitekaartje op schijf

Beethoven: Symfonie nr.1; Keuris: Symfonie in D. Radio Kamer Filharmonie o.l.v. Frans Brüggen en Jaap van Zweden. QuattroLive.

De Radio Kamer Filharmonie, het gezelschap dat van regeringswege uit twee andere omroeporkesten werd samengebald, bestaat al ruim twee jaar, maar had tot op heden in feite geen eigen discografie. Maar nu heeft de Filharmonie dan zijn eigen visitekaartje op schijf gezet. Twee kloeke symfonieën, allebei live opgenomen: een klassieke eersteling onder aanvoering van 'eredirigent' Frans Brüggen en een moderne laatsteling, geleid door chef-dirigent Jaap van Zweden.

In Beethovens Eerste symfonie zorgt de Brüggen-touch voor een gonzend orkestapparaat met een verende motoriek. Op het punt van lichtheid en helderheid haalt het orkest het niet helemaal bij Brüggens gespecialiseerde Orkest van de Achttiende Eeuw, maar de geest is er. En Jaap van Zweden toont veel affiniteit met de Symfonie in D, die Tristan Keuris een jaar voor zijn dood in 1996 componeerde. Als tegenstuk voor Beethoven is het wat incongruent, zeker voor de doorsnee consument, maar naast zijn grote collega blijft Keuris goed overeind. Hoewel je zelden een onvervalst D groot hoort in de Stravinskiaanse harmonieën, wist hij drommels goed hoe hij het oor moest behagen zonder de diepgang te verzaken.

Beethoven: Bagatelles, Pianoconcert nr.1. Piotr Anderszewski, Deutsche Kammerphilharmonie Bremen. Virgin.

Als we nog in het grammofoontijdperk hadden geleefd, was bij het tweede bandje van Piotr Anderszewski's Bagatelles de naald uit de groef gesprongen. Late Beethoven is per definitie bijzonder, maar de Pools-Hongaarse pianist Anderszewski maakt van opus 126 iets exceptioneels. Warmte en extremisme gaan hand in hand, geen detail blijft onbelicht en zijn pianistische controle is superieur. Zijn vertolking van het Eerste pianoconcert heeft vergelijkbare kwaliteiten, maar in een wat minder geconcentreerde vorm. Anderszewski is ook hier een schilder met klank, die, waarschijnlijk met mimiek en oogopslag, het door hemzelf gedirigeerde orkest kundig kleurt en bijmengt.

Beethoven: Piano sonatas 8, 15, 27 en 30. Jonathan Biss. EMI.

De website van de Amerikaanse pianist Jonathan Biss bevat een vermakelijke beschrijving van zijn debuut, dat hij al voor zijn geboorte in 1980 maakte (zijn moeder is violiste, en inderdaad had een criticus in 1980 al iets te melden over Biss' aandeel in een van haar optredens). Hoe het ook zij, Biss is al een poos een muzikant om rekening mee te houden.

Op zijn derde, geheel aan Beethoven gewijde cd komt de cerebrale kant van Biss' spel scherp naar voren. Hij biedt de verwikkelingen in Beethovens sonates glorieus het hoofd, weegt dramatiek en sonoriteit, grandeur en intimiteit scherp tegen elkaar af en hoewel koloriet niet de allereerst in het oor springende kwaliteit van zijn spel is, verrast hij desondanks met poëtische momenten en het ontsluiten van onverwachte vergezichten.

Beethoven: Variaties 'La stessa', Sonate nr. 23, Bagatellen. Plamena Mangova. Fuga Libera.

Vorig jaar behaalde de Roemeense Plamena Mangova (1980) de tweede prijs in het Koningin Elisabeth Concours, en nu is haar eerste cd verschenen, die aantoont dat zo'n prijs niet zaligmakend is. Mangova is een capabel pianiste, maar op haar zwakkere momenten doet ze weinig meer dan toetsen indrukken, en haar greep op de muziek van Beethoven is niet steeds stevig. De charme van de zelden gehoorde variaties op 'La Stessa, la Stessissima' ligt haar wel. Dus dat valt weer mee.


© Frits van der Waa 2008