de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 15 juni 2009
Adequate locaties voor mystieke Edgard Varèse
'Weg met de video!' Een paar bezoekers zijn hoorbaar niet gediend van die visualisaties die
videokunstenaar Gary Hill heeft toegevoegd aan de muziek van Edgard Varèse. En gelijk hebben ze.
Holland Festival-directeur Pierre Audi heeft voor één keer een flagrant verkeerde beslissing
genomen. Als je in het bestek van twee dagen het complete oeuvre van een van de beste componisten van de
20ste eeuw wilt laten horen een unicum moet je daar geen schuivende beeldschermen met
screensavers boven hangen. De zelden gespeelde muziek van Varèse is minstens even vitaal en
abstract als die van Beethoven of Stravinsky. Beelden en tekstprojecties ('music comes through you to
get to you') leiden dan alleen maar af.
Bovendien doen de makers daarmee geen recht aan de door Varèse zelf meegecomponeerde visualia. Wat
bijvoorbeeld te denken van de circa twintig slagwerkers die zich tijdens het orkestwerk Amériques
in het zweet staan te werken? Zelfs het onzichtbare Fernorchester boet aan effect in door de
onduidelijke types die voor het orkest in de weer zijn met met vellen papier en videocamera's.
In alle andere opzichten is het project Varèse 360° een verbluffende ervaring. In de
loop van het jaar zal het ook uitgevoerd worden in Parijs en Londen, maar het staat nog te bezien of ze
daar zo'n schitterende ruimte hebben als de oude gashouder op het voormalige terrein van de
Westergasfabriek. Het is ongelooflijk hoe de klank van het Rotterdams Philharmonisch Orkest er tot zijn
recht komt.
Maar ook Octandre, gespeeld door slechts acht musici van het Asko/Schönberg Ensemble of de
eenzame sopraanpartijen in Offrandes of Nocturnal reiken ook tot ver in de uithoeken van de
gigantische cirkelvormige ruimte.
Cirkelvormig is ook de zaal van het planetarium in Artis waar daags tevoren een symposium over
Varèse gehouden wordt. Astronomie en andere exacte wetenschappen waren een belangrijke
inspiratiebron voor Varèse, dus de locatie is alleszins adequaat. Volgens Olivia Mattis, die
spreekt over Varèse en de vierde dimensie, ligt die interesse in het verlengde van
Varèses belangstelling voor mystiek en metafysica, en had ze alles te maken met zijn zoektocht
naar nog niet geëxploreerde muzikale ruimte. Niet voor niets zou de utopische, nimmer gerealiseerde
compositie waaraan hij bijna twintig jaar werkte Espace of zelfs Espaces geheten hebben.
Het koepelvormige gewelf in het planetarium is ook bij uitstek geschikt voor de vertoning van
Varèses Poème Électronique, een bandcompositie met lichtbeelden van architect
Le Corbusier die hij in 1958 in opdracht van Philips vervaardigde voor de wereldtentoonstelling in
Brussel. Muziekarcheoloog Kees Tazelaar heeft het werk aan de hand van het oorspronkelijke band- en
beeldmateriaal gereconstrueerd. Het duurt slechts acht minuten, maar mist zijn uitwerking niet.
Cirkelvormig is ook de vijver op het Westergasterrein waar de Veenfabriek met de voorstelling Kristal
een hommage aan Varèse brengt. De voornaamste overeenkomst zit hem in het gebruik van sirenes,
al zijn de harde loeigeluiden die Varèse toepast in veel van zijn muziek van een ander kaliber
dan de serene sireneweefsels die de spelers in Kristal uit hun instrumenten draaien.
Dan komt er in het licht van de dalende zon een reuzenkikker aanwaden door de vijver, die het orkestje
gaat dirigeren. Omdat de muzikale spoeling een beetje dun is, blijkt zo'n visuele aanvulling, heel
anders dan bij Varèse, meer dan welkom, en effectief ook.
© Frits van der Waa 2009