de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 16 maart 2015
Muzikale duizendpoot
Janáček, Stravinsky, Brahms, Schubert en Schumann,. Door: Dames van het Groot Omroep-koor en RFO Projectensemble o.l.v. Pieter-Jelle de Boer. Gezien: 13/3, Tivoli-Vredenburg, Utrecht.
Een van de handicaps bij het beluisteren van de vocale muziek van Leoš Janáček is de taalbarrière. En een vertaling zingen is uitgesloten, want de componist plooide zijn noten naar de spraakmelodie van het Tsjechisch.
Toch slaagden de dames van het Groot Omroepkoor er vrijdag wonderwel in de lading van twee van Janáčeks koorwerken tot uitdrukking te brengen. Behalve door een goed verzorgd tekstboekje en voldoende zaallicht werden ze daarbij geholpen door Pieter-Jelle de Boer. Deze 36-jarige dirigent heeft zijn sporen verdiend met de veelgeprezen Janáček-cd die hij twee jaar terug maakte met het ensemble Accentus. Hij is bovendien een muzikale duizendpoot: hij dirigeert koren en orkesten in binnen- en buitenland, is organist en pianist, en componeert ook nog.
Ook het programma dat hij met het halve Omroepkoor bracht, was veelzijdig. Janáček werd gevolgd door de Cantate van Stravinsky, een werk dat wonderschone dwarsheid paart aan een middeleeuwse sereniteit. Tenor Marcel Beekman en sopraan Judith Petra leverden fraaie vertolkingen van de solopartijen. Een wisselend groepje musici, geput uit het Projectensemble van het Radio Filharmonisch Orkest, verzorgde de instrumentale begeleidingen. Zo gaat in Brahms' Vier Gesänge opus 17 het koor vergezeld van de bijzondere combinatie van harp en twee hoorns.
In het blokje Romantiek, na de pauze, was te zien hoe onder de ogenschijnlijk losse, intuïtieve bewegingen van vingers, pols en arm, waarmee De Boer de klank boetseert, een solide technische basis schuilt. Brahms en Schumann kregen bewogen uitvoeringen met scherp geplaatste accenten. Wat dit optreden vooral gedenkwaardig maakte, waren de strelende, versmolten klanken van het koor in Schuberts Ständchen.
© Frits van der Waa 2015
