Home
Vertalingen
Stukken
Strips
Genealogie
CV
Links
Zoek

de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 4 mei 2015

Een liefdevolle en intelligente Orpheus

Orphée et Eurydice, van Gluck, door de Nederlandse Reisopera o.l.v. Roger Hamilton en Floris Visser. 1 mei, Wilminktheater, Enschede. Herh. t/m 6/6.

Liefde maakt blind. Dat laat regisseur Floris Visser al direct zien aan het begin van Glucks Orphée et Eurydice, wanneer Orpheus op de vrolijke tonen van de ouverture een blinddoek krijgt omgeknoopt en op jacht moet naar zijn bruid Eurydice. Hij krijgt haar niet te pakken en dat is eigenlijk al de hele opera in een notendop. Eurydice gaat prompt daarna dood, maar Orpheus is zo verblind door de liefde dat hij het niet kan accepteren en in zijn wanen naar haar op zoek gaat in de onderwereld. Aan het einde van de opera vallen hem eindelijk de schellen van de ogen. Zelden was de constructie 'het was maar een droom' zo betekenisvol, zo roerend, en zo fataal.

De aloude Orpheus-mythe, die eigenlijk gaat over de macht van de muziek en de overwinning op de dood, heeft veel componisten tot operastof gediend. De versie van Gluck, uit 1774, is niet de geringste. De Nederlandse Reisopera heeft het werk in handen gelegd van de 31-jarige Visser, die hiermee, na een aantal directies bij kleinere gezelschappen en in het buitenland, zijn debuut maakt bij een van de drie grotere opera-organisaties.

De psychologische draai die Visser aan het Orpheus-verhaal geeft, is even liefdevol als intelligent uitgewerkt – én economisch. Licht zet de toon, lichaamstaal vertelt het verhaal, de kostuums zijn simpel. Het decor is een kaal rotslandschap, met als voornaamste kenmerk een gat in de grond. Dat dient als graf van Eurydice, als toegang tot de onderwereld en het is ook de bron waaraan Orpheus' hersenschimmen ontspringen. Dat wordt vooral duidelijk in een fantastisch ballet waarin hij in gevecht gaat met zes afsplitsingen van zichzelf.

Orpheus, die een flink deel van de anderhalf uur durende voorstelling aan het woord is, wordt prachtig gespeeld en gezongen door Samuel Boden, een jonge Britse tenor met een lichte, maar heldere en loepzuivere stem. Dat zijn volume bescheiden is, stoort eigenlijk alleen maar als Eurydice (de Sloveense Kristina Bitenc) tegen het eind haar mond opendoet, waar dan een geluid uit komt dat, hoe fraai ook, een maatje te groot is voor haar tegenspeler. Hanna Herfurtner is als de (bij Visser dus erg bedrieglijke) gids Amor meer in evenwicht met Boden.

De zangers van het ensemble Consensus Vocalis zetten vocaal zoden aan de dijk als bruiloftsgasten en onderwereldgeesten. Het Symfonieorkest geeft onder Roger Hamilton kleur, fleur en zeggingskracht aan de oorstrelende muziek, maar vergeet ook de blaffende hellehond niet die Gluck erin heeft verstopt. De Nederlandse Reisopera, die dit alles met een minibudget voor elkaar heeft moeten boksen, heeft zijn bestaansrecht weer met kracht bewezen.


© Frits van der Waa 2015