de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 20 januari 2017
Haitink creëert magische momenten
Mozart en Schubert, door het Chamber Orchestra of Europe o.l.v. Bernard Haitink. 18/1, Concertgebouw, Amsterdam.
Behoedzaam, met kleine stapjes, betreedt hij het podium, maar als hij eenmaal op de bok staat, valt alle stramheid van de 87-jarige Bernard Haitink af. Daar staat hij weer, op de plek waar hij iets meer dan zestig jaar geleden zijn debuut maakte bij het Concertgebouworkest, dat hem niet veel later binnenhaalde als chef-dirigent, een functie die hij dertig jaar bekleedde.
Alleen staat hij nu niet voor het Koninklijk Concertgebouworkest. Dat komt in februari aan de beurt, met drie uitvoeringen van Bruckners Zevende. De harde noten die af en toe tussen dirigent en orkestdirectie worden gekraakt, zijn van tafel en de harmonie is hersteld. Deze woensdag dirigeert Haitink het Chamber Orchestra of Europe, waarmee hij jaarlijks het Concertgebouw aandoet.
Voor de solopartij in Mozarts pianoconcert KV 488 treedt Kristian Bezuidenhout aan, de man die vermaard is om zijn superieure verrichtingen op de fortepiano. Voor de Grote Zaal verkiest hij, terecht, een moderne vleugel, die hij met licht en toch krachtig spel ontdoet van het terreinwagengevoel dat zo gauw rijst bij de combinatie van Steinway en Mozart.
Bezuidenhout heeft wel de neiging in de snelle loopjes iets op de troepen vooruit te lopen, waardoor vooral het eerste deel wat onrustig aandoet. Het wiegende langzame deel biedt subtiele watervalletjes van tonen, die piano en fluit samen laten klateren. Het derde deel, voortvarend neergezet, wemelt van de felle contrasten zonder dat de fijne trekjes erbij inschieten.
Voor Schuberts 'grote' Negende Symfonie treedt het orkest in een beduidend grotere bezetting aan. Wat meteen opvalt, zijn de warm getinte middenstemmen en het sterke gevoel voor continuïteit dat Haitink teweegbrengt. Bij de toch vrij krachtige klankerupties krijg je de indruk dat de milde, pulserende onderlaag gewoon doorgaat.
Haitink slaat hier een fraaie brug tussen 18de en 19de eeuw: in de articulatie van het orkest, die leidt tot een transparant klankbeeld, hoor je de invloed van de historisch geïnformeerde muziekpraktijk. Tegelijk bevat deze symfonie, met haar voortdurend volgehouden cadans en hypnotische herhalingen, nogal wat elementen die vooruitwijzen naar Bruckner. Het orkest mag vooral in het slotdeel flink uitpakken, maar Haitink houdt de klank binnen de perken en creëert, vooral wanneer hij even gas terugneemt, magische momenten.
Vanavond staan orkest en dirigent opnieuw in de Grote Zaal, met andere muziek van dezelfde componisten. Van Schubert klinkt de Achtste Symfonie, de 'onvoltooide', gevolgd door Mozarts Derde Vioolconcert, met Alina Ibragimova als soliste. Het concert wordt besloten met Mozarts bekende 'Jupiter'-symfonie.
© Frits van der Waa 2017