Home
Vertalingen
Stukken
Strips
Genealogie
CV
Links
Zoek

de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 25 juni 2017

Slotconcerten Holland Festival overschrijden de cultuurgrenzen

Holland Festival Proms. Met o.a. Radio Filharmonisch Orkest, Lucas en Arthur Jussen en The Nile Project. 24 juni, Concertgebouw, Amsterdam.

Plotseling schemert het in de zaal en heft een onmiskenbaar Arabisch stemgeluid een bezwerende gezongen formule aan. Het weinige licht dat er nog is fonkelt en weerspiegelt in het metaal van de meer dan tachtig gongs die in een kruisvorm staan opgesteld in de Grote Zaal van het Concertgebouw. De stoelen zijn eruit gehaald en vervangen door Perzische tapijten. Daar zit het publiek, tussen de musici die Temple of Time uitvoeren, het ritualistische muziekstuk dat is gecomponeerd door Sinta Wullur voor negen zangers en de door haar ontwikkelde, in het westerse toonsysteem gestemde gamelan.

Wullur heeft haar werk gebaseerd op teksten uit de Koran, de Bijbel, het Boeddhisme en het hindoeïsme, die door zangers uit de bijbehorende culturen worden gezongen. De vormgeving is uitgekiend en gestileerd. De repeterende en schuivende patronen zijn duidelijk geïnspireerd op de traditionele gamelanmuziek, maar het is verrassend dat hier nu ook tussen toonsoorten gewisseld kan worden. De ontwikkeling is traag, maar naar het einde toe, waarin alle zangers samenkomen, wordt de muziek spannender, dichter en dissonanter.

Zo begint het sluitstuk van het Holland Festival, de Proms, een marathon van concerten die meer dan twaalf uur zal duren. Daarin komt een hele reeks aan muzikale werelden voorbij, maar is er toch sprake van een verbindende factor – noem het naar spiritualiteit, of bespiegeling. Er zit één misser in de mix: het gezamenlijk optreden van organist James McVinnie en dance-musicus Tom Jenkinson, die zich niet alleen als instrumentalist naar ook als componist ver onder het normale Concertgebouw- of festivalniveau blijkt te bewegen.

In haar Sacred Environment zet de Australisch-Nederlandse componiste Kate Moore groot geschut in: behalve het Radio Filharmonisch Orkest en het Groot Omroepkoor staat sopraan Alex Oomens met naast zich Lies Beijerinck, voorzien van een hele batterij op statieven gezette didgeridoos. En dan is er nog een performance-artieste met een VR-bril op, waarvan de beelden – fascinerende, uit minuscule bolletjes en korreltjes opgebouwde landschappen – naar een groot beeldscherm worden doorgestraald. De 38-jarige componiste, wier uitgesproken talent deze week werd bekroond met de Matthijs Vermeulenprijs, wil in haar oratorium een ode brengen aan de Australische natuur en cultuur. Toch klinkt de muziek vooral Europees-Amerikaans, met vrij simpele, harmonieën en vooral veel massaliteit. Ze laat zien dat ze veel aandurft, maar het stuk is toch minder overtuigend dan haar recente minder zwaar bezette werken. Evengoed stelt het de composities van Steven Mackey en George Crumb die eraan voorafgingen totaal in de schaduw.

Het is goed te zien dat de Proms een gehoor trekken dat jonger en diverser is dan het vaste Concertgebouwpubliek – en helemaal hoe muisstil al die mensen anderhalf uur lang zitten te luisteren wanneer Lucas en Arthur Jussen zich die avond wagen aan Stockhausen's MANTRA, een in alle opzichten veeleisend werk voor twee met ringmodulatoren vervormde vleugels en licht slagwerk – een muziekritueel dat in weerwil van de titel geen duidelijke oosterse elementen bevat. Alleen bij het door de componist ingebakken muzikale welles-nietesspelletje en het Hoei-geroep wordt er even gegniffeld.

Met hun geconcentreerde, rijkgeschakeerde uitvoering schudden de Jussens de laatste restjes van hun oude lieve-broertjes-imago van zich af en bewijzen dat ze ook een gestaald modernistisch meesterwerk met dezelfde muzikaliteit te lijf kunnen gaan. Het loopt al tegen middernacht wanneer er met The Nile Project een bont en swingend gezelschap aantreedt. Ook hier worden cultuurgrenzen overschreden: de ritmes van Midden-Afrika gaan een verbintenis aan met de melodische rijkdom van de landen om het noordelijke deel van de Nijl. De inhoud van de teksten zal wel veel wereldser zijn, maar het indringende reciet van een Arabische solozanger lijkt wel een echo van die allereerste aanhef, vele uren terug. De cirkel is rond.


Het Holland Festival vierde dit jaar zijn 70ste verjaardag met een extra omvangrijk programma. Het omvatte 186 voorstellingen, die in totaal meer dan 98.000 bezoekers trokken, circa 15% meer dan de 86.000 van vorig jaar. De 50 á 60 duizend bezoekers van de openbare installatie I'd Rather Be Outside op het Museumplein zijn daarbij niet meegerekend. Een belangrijke focus van dit festival was de Indonesische cultuur, en een van de grote trekpleisters bleek de filminstallatie Manifesto van Julian Rosefeldt, met Cate Blanchett in vele rollen.
© Frits van der Waa 2017