Titus alone: een wereld zonder
Gormenghast
Dat de BBC-televisie in januari 2000 het nieuwe millennium opende
met een prestigieuze vierdelige dramaserie naar Mervyn Peakes
Gormenghast zegt veel over de reputatie die dit boek
inmiddels geniet in het Angelsaksische taalgebied. Even
veelzeggend is het dat deze verfilming alleen de eerste twee
boeken betrof. Want het derde deel, Titus alone, is een
problematisch boek - ook al beschouwen sommige bewonderaars van
Mervyn Peake het als het beste deel van de Gormenghast-
trilogie.
|
Dit is het oorspronkelijke, door Peake
ontworpen
stofomslag van Titus Alone. Ontleend aan: The Art of
Gormenghast: The making of a television fantasy, te bestellen
bij de BBC.
|
Hun standpunt is tot op zekere hoogte te verdedigen. In dit derde
boek betreedt Titus een wereld die vreemder, angstaanjagender en
onvoorspelbaarder is dan het grimmige domein van Gormenghast dat
hij naar eigen verkiezing verlaten heeft. Een wereld waarin zijn
leven niet langer geregeerd wordt door riten en tradities, maar
door pure willekeur. Een land dat doet denken aan het Amerika uit
Franz Kafka's gelijknamige roman - juist omdat het zich eerder
in de peilloze diepten van de menselijke geest dan op een
geografisch bepaalde plaats bevindt.
Tegelijkertijd is die breuk met het voorgaande tevens de zwakte
van het boek. Het vagelijk negentiende-eeuwse decor van het slot
Gormenghast wijkt hier voor een sciencefiction-achtige
achtergrond, compleet met auto's, vliegtuigen en mysterieuze
spionagerobotjes. Toch is dat tot op zekere hoogte nog
acceptabel. Bezwaarlijker is dat Peakes fantasie, in de eerste
delen blijkbaar in toom gehouden door het loodzware keurslijf van
Gormenghast en al zijn gefixeerde waarden, in dit derde boek
menigmaal met zichzelf op de loop gaat, waardoor de intrige aan
samenhang inboet.
Maar het meest problematische aspect van Titus alone is
dat het in wezen een onvoltooid boek is, ook al bevat het een
afgerond verhaal. Wat nu het sluitstuk van een trilogie is, was
ooit bedoeld als de aanzet van een Titus-Odyssee die, als de
auteur tijd van leven had gehad, nog vele vervolgdelen had moeten
beslaan.
In mijn inleiding op Gormenghast
heb ik al kort melding gemaakt van de slopende ziekte waarvan de
eerste symptomen zich al in de jaren vijftig openbaarden en
waaraan Peake uiteindelijk in 1968 zou bezwijken, na een even
langdurig als ontluisterend fysiek en mentaal verval. Titus
alone is onder de schaduw van die ziekte tot stand gekomen,
en de Nederlandse titel De beproeving is mede om die reden
gekozen.
Peake schreef de eerste twee delen van Gormenghast tussen
1940 en 1950. Het duurde bijna even lang voor het derde deel -
half zo lang als zijn beide voorgangers - gepubliceerd werd. Dat
kwam aanvankelijk doordat Peakes aandacht werd opgeëist door
andere projecten. Na deel twee, Gormenghast (De
Beslissing) schreef hij eerst een ander boek, Mr Pye, dat
in naar verhouding korte tijd ontstond en veel lichter van
toonzetting is dan de Titus-boeken. Mr Pye verscheen in
1953 en bracht helaas niet het succes waarop de auteur gehoopt
had. In de verwachting dat een carrière als
toneelschrijver een
einde aan zijn vrijwel permanente geldzorgen zou kunnen maken
schreef hij datzelfde jaar The Wit to Woo, een blijspel
dat uiteindelijk uitliep op een tragedie. Toen het stuk namelijk,
na eindeloos geleur en talloze revisies, uiteindelijk in 1957 op
de planken werd gebracht, draaide het uit op een flop. Per saldo
leverde deze onderneming Peake niet meer op dan zeventien pond en
een zware zenuwinzinking.
Hij was toen al geruime tijd ziek. Zijn kwaal is nooit met
absolute zekerheid gediagnostiseerd, maar het ging waarschijnlijk
om de ziekte van Parkinson, wellicht in combinatie met een vorm
van hersenontsteking. [Later toegevoegde noot: pas in 2003
wist Demetrios J. Sahlas zijn ziekte te duiden als een aparte vorm
van dementie. Zijn artikel Dementia with Lewy Bodies and the
Neurobehavioral Decline of Mervyn Peake
is
hier te
downloaden als pdf-bestand].
Het begon met trillende handen en een
nerveuze onrust die hem het slapen belette, maar nam in weinige
jaren een vorm aan die Peake niet alleen het werk maar ook de
omgang met anderen meer en meer bemoeilijkte, en ten slotte
leidde tot premature dementie. Desondanks slaagde hij er in om
Titus alone, waaraan hij ten minste vanaf 1954 had
gewerkt, in de eerste maanden van 1958 tot een einde te brengen.
Het manuscript was moeilijk leesbaar en wemelde van verbeteringen
en doorhalingen. Omdat Peake daar zelf niet meer toe in staat
was, typte zijn echtgenote Maeve Gilmore het laatste gedeelte
ervan voor hem in het net, met één vinger.
Niet lang daarna werd Peake opgenomen in een kliniek, waar hij
werd behandeld met elektroshocks. Deze inmiddels verworpen
therapie bracht weliswaar enige verlichting, maar vergrootte zijn
geheugen- en concentratieproblemen. Toen zijn uitgever hem vroeg
om Titus alone nog eens kritisch door te nemen was hij
daar in elk geval niet meer toe in staat.
Zo kwam het dat het boek in 1959 verscheen in een nogal ruw
beknotte versie, die dertien hoofdstukken minder telde dan de
huidige. Voor lezers van nu is die wetenschap nog altijd van
belang, aangezien deze versie ook ten grondslag ligt aan de in de
tweedehands-sector nog altijd wijdverbreide Amerikaanse
pocketuitgave van Ballantine Books die in 1968, Peakes laatste
levensjaar, op de markt kwam.
In Amerika is het met Gormenghast nooit echt wat geworden,
maar de Engelse Penguin-editie, die datzelfde jaar verscheen,
luidde het begin in van een ware zegetocht. Voor die uitgave
herstelde Peake-bewonderaar Langdon Jones Titus alone zo
veel mogelijk in zijn originele staat, aan de hand van de
originele manu- en typoscripten.
Als Peake zijn werk had kunnen voortzetten, schrijft Jones in
zijn verantwoording, had hij de tekst ongetwijfeld aanzienlijk
bijgewerkt. En inderdaad: ook de huidige versie (die overigens
verre te verkiezen is boven de verminkte editie van 1959)
vertoont de sporen van een moeizame ontstaansgeschiedenis. Alleen
al de extreem korte hoofdstukken lijken getuigenis af te leggen
van Peakes verminderde concentratievermogen. Daarnaast zijn er
stilistische onvolkomenheden, passages die nergens toe leiden, en
formuleringen die ten naaste bij onbegrijpelijk zijn. Het zijn
problemen die zich ook in de eerste twee Gormenghast-boeken
sporadisch voordoen, maar hier beduidend meer op de voorgrond
treden.
Ik heb in mijn vertaling geprobeerd recht te doen aan de
wonderlijke en soms bizarre combinatie van tekortkomingen en
kwaliteiten van dit laatste Gormenghast-boek. Dat was geen
eenvoudige opgaaf, want een van de dingen die Peakes stijl
bijzonder maken is dat hij telkens weer tornt aan de grenzen van
de taal. De scheidslijn tussen verrassende poëtische
zeggingskracht en pure onzin is dan niet altijd makkelijk aan te
geven. Tevens heb ik de vrijheid genomen om twee zinnen uit de
versie van 1959 op te nemen die in de huidige Engelse editie
ontbreken.
Als Gormenghast een gemankeerd meesterwerk is, is dat in
de eerste plaats te wijten aan Titus alone. Maar zelfs dat
doet weinig af aan de beangstigende visioenen die dit derde boek
bevat of aan de indrukwekkende ontknoping die Peake op de laatste
pagina's tot stand brengt.